Sonja van Zweden – Grondlegger van de CSR-Methode
Van Zweden (1935) is in de jaren ’60 opgeleid aan de UvA, en studeerde af in zowel de experimentele psychologie (Functieleer) als in de Klinische Psychologie. Daarna werd ze ook opgeleid in de psychoanalyse en was ze werkzaam voor het Instituut voor Medische Psychotherapie.
Eind jaren ’80 startte Van Zweden haar eigen praktijk in Amsterdam. Ze merkte op dat de voorgeschreven therapieën bij burn-outpatiënten nauwelijks positief effect hadden op hun herstel. Ze vroeg zich af waarom dat zo was en bij deze zoektocht ontdekte ze het werk van hoogleraar arbeidspsychologie Theo Meijman (c.s.), die ze nog kende van het psychologisch lab in Amsterdam toen hij student was.
De inspanning-herstel theorie waar Meijman aan werkte, bood een eenvoudige en uiterst logische verklaring voor het ontstaan van stressklachten en uiteindelijk burn-out.
Meijman constateerde een prestatievermindering en een neergaand proces van fysiologische energieproductie bij langdurige inspanning (d.i. overbelasting) en een tekort aan fysiek herstel.
Van Zweden ‘zag’ dat ongeveer dezelfde verschijnselen (zoals vermoeidheid en prestatievermindering) door de ene wetenschapper werden geduid als een verandering in fysiologisch functioneren, terwijl het voor de andere wetenschapper juist wees op verminderende motivatie en foutieve stresscoping. Het was Van Zweden duidelijk dat ze het over hetzelfde verschijnsel hadden. Er zitten verschillende kanten aan hetzelfde fenomeen, en ieder kijkt vanuit de eigen invalshoek met een eigen, specifieke bril die bepaalde zaken uitvergroot en andere onzichtbaar maakt. Zij zag als een van de eerste therapeuten in Nederland de body-mind connectie die bij stress niet te negeren valt.
Motivatie of goede coping is voor een brein niet genoeg, het stelt ook eisen van onderhoud, voeding en herstel op straffe van disfunctioneren en uitval.
Als je de psychologische en neurobiologische kanten van de zaak samenvoegt, krijg je een totaalbeeld, namelijk dat van psychofysiologische overbelasting, die leidt tot ontregelde ‘hardware’ van het brein, wat naast een abnormale vermoeidheid gepaard gaat met mentale, emotionele, gedragsmatige en fysieke klachten.
Vanuit het neurobiologisch stressonderzoek en het slaaponderzoek weten we anno 2022 dat de stressgerelateerde ontregelingen in het brein, tal van disfuncties in het lichaam tot gevolg kunnen hebben, zoals slaapstoornissen, hart-, maag-, of darmproblemen en ook auto-immuunziekten.
Van Zweden zag het verband en trok haar conclusies: als burn-out raken ook zó fysiek is, dan moet daar bij de behandeling rekening mee gehouden worden. Hoogleraar Theo Meijman in Groningen was het helemaal met haar eens.
Van Zweden begon te experimenteren met haar eigen cliënten en haar aanpak bleek te werken.
Collega-psychotherapeuten begonnen patiënten door te sturen voor advies, ze kreeg steeds meer patiënten met burn-out.
Ze ging cursussen, lezingen, workshops geven, verspreid over het hele land. Het was een groot succes: cursisten waren enthousiast en merkten in de eigen praktijk dat het werkt. En niet alleen bij burn-outs, ook bij andere aandoeningen helpt deze denkwijze het herstel te bevorderen.
Van Zweden bedacht een herstelaanpak op cognitief, emotioneel en fysiek niveau noemde dit de CSR-Methode. Creatief als ze was, bedacht ze ook een eigen terminologie:
- Roofbouw
- Chronische Stress Syndroom (CSS) en Chronische Stress Reversal (CSR)
- Compensatoire stress
- Het Noodplan
- Opslomen
- De Kippenkuur
- De Lekkertest
- Superego-anesthesie
- Pseudo-psychopathologie
De laatste term is in 2021 (met vermelding) in een internationaal artikel overgenomen door hoogleraar Arno van Dam van de UvT.
Halverwege de jaren ‘90 richtte van Zweden CSR Centrum op en in 2006 nam Carolien Hamming het van haar over. Onder haar leiding werd de organisatie en de opleiding geprofessionaliseerd en wordt de CSR-Methode nog steeds ontwikkeld. Maar de basisgedachten en de aanpak van Van Zweden vormen nog steeds het stevige fundament.